13.1. De Stijlmanager
13.1.1. Het dialoogvenster Stijlmanager
De Stijlmanager is de plaats waar u algemene items voor stijl kunt beheren en maken. Dit zijn symbolen, kleurverlopen, tekstindelingen of instellingen voor labels die kunnen worden gebruikt om objecten, lagen of afdruklay-outs te symboliseren. Zij worden opgeslagen in de database symbology-style.db
onder het actieve gebruikersprofiel en gedeeld met alle projectbestanden die met dat profiel worden geopend. Items voor stijl kunnen ook met anderen worden gedeeld dankzij de mogelijkheden voor exporteren/importeren van het dialoogvenster Stijlmanager.
U kunt dat modeless dialoogvenster openen, ofwel:
of met de knop Stijlmanager uit een vectormenu (bij het configureren van een symbool of opmaken van een tekst).
13.1.1.1. Items voor stijl beheren
Het dialoogvenster Stijlmanager geeft in het midden een frame weer met daarin voorbeelden van items, georganiseerd op tabs:
Alles voor een complete collectie van punt-, lineaire en oppervlaktesymbolen en instellingen voor labels, als ook voorafgedefinieerde kleruverlopen en tekstindelingen;
Kleurverloop;
Tekst opmaken om opmaak van tekst te beheren, die het lettertype, kleur, buffers, schaduwen, en achtergronden voor tekst opslaan (d.i. alle delen voor opmaak van instellingen voor de labels, die bijvoorbeeld kunnen worden gebruikt in lay-outs);
Instellingen label om instellingen voor labels te beheren, die de opmaak voor de teksten omvatten en enkele specifieke instellingen voor lagen, zoals plaatsing van labels, prioriteit, tekstballonnen, renderen…
Legenda modelvormen om aangepste modelvormen voor de legenda te beheren, waaronder gepmetrieën Markering, Lijn en Vulling.
3D-symbolen om symbolen met 3D-eigenschappen (extrusie, schaduwen, hoogte, …) te configureren voor de objecten die moeten worden gerenderd in een 3D-kaartweergave
U kunt de stijlen schikken in de Pictogramweergave of in Lijstweergave aan de rechteronderzijde. In beide gevallen geeft de Helptip een grotere instantie van de stijl weer.
Voor elke familie van items kunt u de elementen beheren in verschillende categorieën, vermeld in het paneel aan de linkerkant:
Favorieten: standaard weergegeven bij het configureren van een item, het geeft een uit te breiden set met items weer;
Alles: vermeld alle beschikbare items voor het actieve type;
Tags: geeft een lijst weer met labels die u kunt gebruiken om de items te identificeren. Een item mag meer dan een keer worden getagd. Selecteer een tag in de lijst en de tabs worden bijgewerkt, om alleen de items weer te geven die daartoe behoren. Gebruik, om een nieuwe tag te maken, die u later kunt toevoegen aan een set items, de knop Tag toevoegen… of selecteer Aan tag toevoegen… uit het contextmenu van een tag;
Slimme groepen: een slimme groep haalt dynamisch zijn symbolen op, overeenkomstig ingestelde voorwaarden (zie bijv. Fig. 13.2). Klik op de knop Slimme groep toevoegen… om slimme groepen te maken. Het vak in het dialoogvenster stelt u in staat een expressie in te voeren om de te selecteren items te filteren (heeft een bepaalde tag, heeft een tekenreeks in zijn naam, etc.). Elk symbool, kleurverloop, tekstindeling of instelling voor label dat voldoet aan de ingevoerde voorwaarde(n) wordt automatisch toegevoegd aan de slimme groep.
Tags en slimme groepen sluiten elkaar niet uit: het zijn eenvoudigweg twee verschillende manieren om uw stijlelementen te beheren. Anders dan de slimme groepen, die automatisch hun daartoe behorende items ophalen gebaseerd op de voorwaarden voor de invoer, worden tags gevuld door de gebruiker. U kunt, om een van deze categorieën te bewerken, ofwel:
de items selecteren, met rechts klikken en kiezen
en dan de naam van de tag selecteren of een nieuwe tag maken;de tag selecteren en drukken op
. Een keuzevak verschijnt naast elk item om u te helpen het te selecteren of te deselecteren. Wanneer de selectie is voltooid, druk op .de slimme groep selecteren, druk op Slimme groep bewerken. Deze optie is ook beschikbaar in het contextmenu van de slimme groep.
en configureer een nieuwe set voorwaarden in het dialoogvenster
Klik, om een tag of een slimme groep te verwijderen, er met rechts op en selecteer de knop Verwijderen. Onthoud dat dit niet de items verwijdert die zijn gegroepeerd in de categorie.
13.1.1.2. Een item toevoegen, bewerken of verwijderen
Zoals eerder gezien worden stijlelementen onder verschillende tabs weergegeven, waarvan de inhoud afhankelijk is van de actieve categorie (tag, slimme groep, Favorieten…). Wanneer een tab is ingeschakeld kunt u:
Nieuwe items toevoegen: druk op de knop Item toevoegen en configureer het item, daarbij de beschrijving voor het bouwen van symbolen, kleurverlopen of tekstindelingen en label volgend.
Een bestaand item aanpassen: selecteer een item en druk op de knop Item bewerken en configureer zoals hierboven vermeld.
Bestaande items verwijderen: om een element te verwijderen dat u niet langer nodig hebt, selecteer het en klik op Item verwijderen (ook beschikbaar door met rechts te klikken). Het item zal uit de lokale database worden verwijderd.
Onthoud dat de tab Alles toegang verschaft tot deze opties voor elk type item.
Door met rechts te klikken boven een selectie van items kunt u:
Aan Favorieten toevoegen;
Uit Favorieten verwijderen;
en de toepasselijke tag selecteren of een nieuwe maken om te gebruiken; de huidige toegewezen tags worden gecontroleerd;
Tags leegmaken: symbolen losmaken van elke tag;
Item(s) verwijderen;
Item bewerken: van toepassing voor het item waarboven u met rechts klikt;
Item kopiëren;
Item plakken…: plakken naar een van de categorieën van de Stijlmanager of ergens anders in QGIS (symbool of kleurknoppen)
Geselecteerde symbo(o)len als PNG exporteren… (alleen beschikbaar met symbolen);
Geselecteerde symbo(o)len als SVG exporteren… (alleen beschikbaar met symbolen);
13.1.2. Een kleurverloop instellen
De tab Kleurverloop in het dialoogvenster Stijlmanager helpt u voorbeelden te bekijken van verschillende kleurverlopen, gebaseerd op de categorie die is geselecteerd in het linkerpaneel.
Activeer, om een aangepast kleurverloop te maken, de tab Kleurverloop en klik op de knop Item toevoegen. De knop onthult een keuzemenu om het type kleurverloop te kiezen:
Gradiënt: gegeven een begin- en eindkleur, maak een kleurverloop dat Doorgaand of Afzonderlijk kan zijn. Door te dubbelklikken op het voorbeeld van het kleurverloop kunt u net zoveel tussenliggende kleuren toevoegen als u wilt.
Voorkeuzen kleuren: maakt het mogelijk een kleurverloop te maken dat bestaat uit een door de gebruiker geselecteerde lijst met kleuren;
Willekeurig: maakt een willekeurige set kleuren, gebaseerd op een bereik van waarden voor Kleurnuance, Saturatie, Waarde en Doorzichtbaarheid en een aantal kleuren (Klassen);
Catalogus: ColorBrewer: een set vooraf gedefinieerde afzonderlijke kleurovergangen, waarvan u het aantal kleuren in het kleurverloop kunt aanpassen;
of Catalogus: cpt-city: een toegang tot een hele catalogus met kleurovergangen om lokaal te Opslaan als standaard gradiënt. De optie cpt-city opent een nieuw dialoogvenster met honderden thema’s ‘out of the box’.
Tip
Gemakkelijk aanpassen van de kleurstops van het gradiënt kleurverloop
Dubbelklikken op het voorbeeld van het kleurverloop of door een kleur te slepen-en-neerzetten, vanuit de plaats van de kleur op het voorbeeld van het kleurverloop, voegt een nieuwe kleurstop toe. Elke kleurstop kan worden aangepast met de widgets Kleur selecteren of door elk van zijn parameters te plotten. U kunt ze ook opnieuw positioneren met de muis, de pijltjestoetsen (combineren met de Shift-toets om verder te verplaatsen) of het waardenvak Relatieve positie. Drukken op Stop verwijderen, als ook op DEL-toets, verwijdert de geselecteerde kleurstop.
13.1.3. Een Legenda modelvorm maken
Activeer, om een nieuwe Legenda modelvorm te maken, de tab Legenda modelvormen en klik op de knop Item toevoegen. De knop onthult een keuzelijst om het type geometrie te kiezen:
Markering Legenda modelvorm…: om te gebruiken met geometrieën punt.
Lijn Legenda modelvorm…: om te gebruiken met geometrieën lijn.
Vulling Legenda modelvorm…: om te gebruiken met geometrieën polygoon.
Alle drie opties zullen hetzelfde dialoogvenster weergeven.
Alleen het type vorm en de weergegeven Legenda modelvormen zullen verschillen, afhankelijk van het gekozen type geometrie. De volgende opties zullen beschikbaar zijn:
Vorm: definieer de vorm van de Legenda modelvorm als een WKT=tekenreeks. Enkele en meerdelige geometrieën mogen worden gebruikt, maar niet GeometryCollection.
Pictogramweergave of Lijstweergave van de beschiibare Legenda modelvormen, gefilterd op tags.
Als de nieuwe vorm is gedefinieerd kunt u Legenda modelvorm opslaan… of drukken op OK, wat beide zal leiden tot hetzelfde dialoogvenster.
Hier dient u een naam te kiezen, tags om de vorm te beschrijven en of het moet worden toegevoegd aan Favorieten.
Als u drukt op Opslaan… wordt de modelvorm toegevoegd aan de lijst en u wordt teruggeleid naar het dialoogvenster Nieuwe Legenda modelvorm om nieuwe vormen te kunnen blijven maken.