23.2. Configureren van het framework Processing
Het menu Processing in Opties (Processing) stelt u in staat te configureren hoe algoritmen werken. Parameters voor configuratie zijn gestructureerd in afzonderlijke blokken die u kunt selecteren aan de linkerkant van het dialoogvenster.
tabHet gedeelte Algemeen bevat een aantal interessante parameters.
Standaard uitvoer rasterlaagextensie is standaard
tif
Standaard uitvoer vectorlaagextensie is standaard
gpkg
Ongeldige objecten filteren
Dialoogvenster open houden na uitvoeren van een algoritme. Als een algoritme eenmaal de uitvoering heeft voltooid en de uitvoerlagen zijn geladen in het project van QGIS, zal het dialoogvenster Algoritme worden gesloten. Als u het geopend wilt houden (om het algoritme opnieuw uit te voeren, maar met andere parameters, of om de uitvoer, die is weggeschreven naar de tab Log, beter te controleren), selecteer dan deze optie.
Max threads
Map voor uitvoer
Vóór-uitvoering script en Na-uitvoering script. Deze parameters verwijzen naar de bestanden die scripts bevatten die zijn geschreven met behulp van de functionaliteit Scripten in Processing, uitgelegd in het gedeelte dat het scripten en de console behandelt.
Voorkeur uitvoer bestandsnaam voor laagnamen. De naam van elke resulterende laag die wordt gemaakt door een algoritme wordt gedefinieerd door het algoritme zelf. In sommige gevallen zou een vaste naam kunnen worden gebruikt, wat betekent dat dezelfde naam voor de uitvoer wordt gebruikt, ongeacht welke laag voor de invoer wordt gebruikt. In andere gevallen zou de naam afhankelijk kunnen zijn van de naam van de invoerlaag of enkele van de parameters die worden gebruikt om het algoritme uit te voeren. Als dit keuzevak is geselecteerd zal in plaats daarvan de naam uit de naam voor het uitvoerbestand worden genomen. Onthoud dat, wanneer de uitvoer wordt opgeslagen naar een tijdelijk bestand, de bestandsnaam van dit tijdelijke bestand gewoonlijk een lange en betekenisloze is, bedoeld om botsingen met reeds bestaande bestandsnamen te vermijden.
Naam groep resultaten. Als u wilt dat alle lagen met resultaten van Processing worden verkregen in een groep in het paneel Lagen, stel dan een naam voor de groep in voor deze parameter. De groep mag al bestaan of niet. QGIS zal alle uitvoerlagen toevoegen aan een dergelijke groep. Standaard is deze parameter leeg, dus alle uitvoerlagen worden toegevoegd op verschillende plaatsen in het paneel Lagen, afhankelijk van het item dat actief is bij het uitvoeren van een algoritme. Onthoud dat uitvoerlagen alleen in het paneel Lagen worden geladen als Uitvoerbestand openen na uitvoeren van algoritme is geselecteerd in het dialoogvenster van het algoritme.
Algoritmen met bekende problemen weergeven
CRS-definitie van laag in selectievakken weergeven
Helptip weergeven indien er providers zijn uitgeschakeld
Stijl voor lijnlagen, Stijl voor puntlagen, Stijl voor polygoonlagen en Stijl voor rasterlagen worden gebruikt voor het instellen van de standaard stijl voor renderen voor uitvoerlagen (dat is, lagen die worden gemaakt door algoritmen van Processing). Maak eenvoudigweg de stijl die u wilt met behulp van QGIS, sla die op naar een bestand en voer dan het pad naar dat bestand in de instellingen in, zodat de algoritmen het kunnen gebruiken. Wanneer een laag wordt geladen door Processing en toegevoegd aan het kaartvenster van QGIS, zal die worden gerenderd in die stijl.
Stijlen voor weergave kunnen individueel worden geconfigureerd voor elk algoritme en elk van diens uitvoeren. Klik eenvoudigweg met rechts op de naam van het algoritme in de Toolbox en selecteer Weergave-stijlen voor uitvoer bewerken. U zult een dialoogvenster zien zoals hieronder wordt weergegeven.
Selecteer het stijlbestand (
.qml
) dat u wilt toepassen voor elke uitvoer en druk op OK.Pad voor map voor tijdelijke uitvoer overschrijven
Waarschuwen vóór uitvoeren als de parameter CRS niet overeenkomt
U zult ook een blok vinden voor de Providers van algoritmen. Elk item in dit blok bevat een item Activeren dat u kunt gebruiken om algoritmen te laten verschijnen in de Toolbox of niet. Ook hebben sommige providers van algoritmen hun eigen items voor configuratie, die we later zullen uitleggen bij het behandelen van bepaalde providers van algoritmen.