Belangrijk

Vertalen is een inspanning van de gemeenschap waaraan u deel kunt nemen. Deze pagina is momenteel voor 100.00% vertaald.

19. Werken met vectortegels

19.1. Wat zijn vectortegels?

Vectortegels zijn pakketten van geografische gegevens, verpakt in vooraf gedefinieerde ruwweg vierkant gevormde “tegels” om te transporteren over het web. Zij combineren vooraf gedefinieerde rasterkaarttegels en vectorkaarttegels. De server voor vectortegels geeft gegevens van vectorkaarten terug, die zijn geclipt naar de begrenzingen van elke tegel, in plaats van een vooraf gerenderde kaartafbeelding. De geclipte tegels geven de zoomniveaus weer van de service voor de vectortegels, afgeleid van een piramide-achtige benadering. Door gebruik te maken van deze structuur, wordt de overdracht van de gegevens verkleind in vergelijking tot niet getegelde vectorkaarten. Alleen gegevens binnen de huidige kaartweergave, en op het huidige zoomniveau, dienen te worden overgedragen. Ook, vergeleken met een getegelde rasterkaart, wordt de overdracht van de gegevens enorm gereduceerd, omdat vectorgegevens gewoonlijk veel kleiner zijn dan een gerenderde bitmap. Vectortegels hebben geen informatie voor opmaak aan zich toegewezen, zodat QGIS een cartografische stijl moet toepassen om de gegevens te kunnen weergeven.

../../../_images/vector_tiles_pyramid_structure.png

Fig. 19.1 Piramidestructuur van vectortegels met zoomniveaus

19.2. Ondersteunde indelingen

Er is ondersteuning voor vectortegels door:

  • bronnen op afstand (HTTP/S) - met sjabloon XYZ - type=xyz&url=http://example.com/{z}/{x}/{y}.pbf

  • lokale bestanden - met sjabloon XYZ - bijv. type=xyz&url=file:///pad/naar/tegels/{z}/{x}/{y}.pbf

  • lokale database MBTiles - bijv. type=mbtiles&url=file:///pad/naar/bestand.mbtiles

Gebruik de tab addVectorTileLayer Vectortegel in het dialoogvenster Databronnen beheren om een gegevensset met vectortegels in QGIS te laden. Lees Vector tegelservices gebruiken voor meer details.

19.3. Eigenschappen vectortegels gegevensset

Het vectortegel dialoogvenster Laageigenschappen verschaft de volgende gedeelten:

metadata Informatie

system Bron

symbology Symbologie[1]

labelingSingle Labels[1]

rendering Renderen

editMetadata Metadata

[1] Ook beschikbaar in het paneel Laag opmaken

19.3.1. Eigenschappen Informatie

De tab Informatie is alleen-lezen en is een interessante plek om snel wat overzichtsinformatie en metadata voor de huidige laag op te pakken. Verschafte informatie is:

  • gebaseerd op de provider van de laag: naam, URI, type bron en pad, aantal zoomniveaus

  • het Coördinaten ReferentieSysteem: naam, eenheden, methode, nauwkeurigheid, verwijzing (d.i. of het statisch of dynamisch is)

  • opgehaald uit de gevulde metadata: toegang, bereiken, links, contacten, geschiedenis…

19.3.2. Eigenschappen Bron

De tab system Bron geeft basisinformatie weer over de geselecteerde vectortegel, inclusief:

  • de Laagnaam om weer te geven in het paneel Lagen;

  • het Coördinaten ReferentieSysteem: Geeft het Coördinaten ReferentieSysteem (CRS) van de laag weer. U kunt het CRS van de laag wijzigen door een recent gebruikte te kiezen uit de keuzelijst of te klikken op de knop setProjection CRS selecteren (bekijk Keuze Coördinaten ReferentieSysteem). Gebruik dit proces alleen als het laag-CRS verkeerd is of niet werd gespecificeerd.

../../../_images/vector_tiles_source.png

Fig. 19.2 Eigenschappen vectortegels - dialoogvenster Bron

19.3.3. Eigenschappen Symbologie en Label

../../../_images/vector_tiles_symbology.png

Fig. 19.3 Symbologie voor vectortegellaag

19.3.3.1. Regels instellen

Omdat vectortegels bestaan uit geometrieën punt, lijn en polygoon, zijn de respectievelijke symbolen beschikbaar. Voor het toepassen van een cartografische stijl (met symbologie en/of labels), kunt u ofwel:

  • Een URL stijl gebruiken bij het maken van de Vectortegels verbinding. De symbologie zal onmiddellijk worden weergegeven op de tab symbology Symbologie, nadat de laag is geladen in QGIS.

  • Of bouw uw eigen symbologie en labels op de corresponderende tabs van de eigenschappen van de laag. Standaard wijst QGIS een identiek symbool toe aan de objecten, gebaseerd op hun type geometrie.

In beide gevallen vertrouwt het instellen van een stijl voor een vectortegel op een set regels, die worden toegepast op de objecten, die aangeeft:

  • ee vector symbool of label

  • een Label, een titel voor uitgebreide identificatie van de regel

  • de naam van een bepaalde Laag waarop de regel van toepassing moet zijn, indien niet toegepast op (alle lagen)

  • een Min. zoomniveau en een Max. zoomniveau voor het weer te geven bereik. Symbologie en labelen mogen afhankelijk zijn van het zoomniveau.

  • een Filter, een expressie van QGIS om de objecten te identificeren waarop de stijl moet worden toegepast

Elke regel wordt toegevoegd door te drukken op de knop symbologyAdd Regel toevoegen en selecteren van het type symbolen (Markering, Lijn, Vulling) corresponderend met het type geometrie van de objecten. U kunt ook symbologyRemove Geselecteerde regels verwijderen of symbologyEdit Huidige regel bewerken.

Aan de onderzijde wordt de Huidige zoom weergegeven. Selecteer de optie unchecked Alleen zichtbare regels om de lijst met regels te filteren tot alleen die welke zichtbaar zijn op het huidige zoomniveau. Dit maakt het eenvoudiger te werken met complexe opmaak voor vector en om regels die problemen geven te lokaliseren. Het tekstvak search Regels filteren helpt u ook om gemakkelijk een regel te zoeken, door te zoeken op de velden Label, Laag en Filter.

In Fig. 19.3 stellen we een stijl in voor de laag van OpenStreetMap landuse. Voor betere zichtbaarheid zijn de meeste regels niet geselecteerd.

19.3.3.2. Renderen van lagen

Vanaf de tab Symbologie kunt u ook enkele opties instellen die altijd acteren op alle objecten van de laag:

  • Opaciteit: U kunt met dit gereedschap de onderliggende laag zichtbaar maken in het kaartvenster. Gebruik de schuifbalk om de transparantie van de geselecteerde vectorlaag aan te passen naar uw behoeften. U kunt ook een precieze definitie voor het percentage voor de transparantie invullen in het menu naast de schuifbalk.

  • Meng-modus: U kunt met deze gereedschappen speciale effecten op de kaart toepassen, die eerder alleen bekend waren van grafische programma’s. De pixels van de overliggende en onderliggende lagen worden vermengd volgens de instellingen zoals beschreven in Meng-modi.

19.3.3.3. Stijlen

Beschikbaar aan de onderzijde van de meeste tabs, het menu Stijl ► verschaft sneltoetsen op stijlen op te slaan, te laden, te maken en te schakelen om op de vectortegels toe te passen. Vectortegels kunnen hun stijl hebben opgeslagen in QGIS als bestanden QML en zij kunnen worden geïmporteerd als:

Meer details op Laageigenschappen opslaan en delen.

19.3.4. Rendering

In het groepsvak Schaalafhankelijke zichtbaarheid, kunt u de schalen Maximum (inclusief) en Minimum (exclusief) instellen, wat een bereik van schalen definieert waarin objecten zichtbaar zullen zijn. Buiten dit bereik is hij verborgen. De knop mapIdentification Op huidige schaal kaartvenster instellen helpt u de schaal van het huidige kaartvenster te gebruiken als grens voor de zichtbaarheid van het bereik. Bekijk Schaal zichtbaarheid selecteren voor meer informatie.

../../../_images/vector_tiles_rendering.png

Fig. 19.4 Eigenschappen vectortegels - dialoogvenster Renderen

19.3.5. Metadata

De tab editMetadata Metadata verschaft u opties om een rapport met metadata voor uw laag te maken en te bewerken. Bekijk Metadata voor meer informatie.